Jannie heeft 25 jaar plezier van Cees’ nier

27 december 2007 om 00:00 Nieuws

In 1969 kreeg Jannie na de zomervakantie last van vocht in haar voeten tijdens een uitzonderlijk hete zomer. Jannie: “Ik was toen 19 jaar. De dokter gegaan zei dat het van de warmte of van de nieren kon komen. Later bleek het van de nieren afkomstig te zijn. Toen volgde een periode van ziekenhuis in en ziekenhuis uit. Het ging van kwaad tot erger. Eind 1974 ging ik aan de nierdialyse. Dat was in Amersfoort. Er waren toen nog niet zoveel dialysecentra, maar in Amersfoort gelukkig wel. Toen zijn we vrij vlot gestart voor een opleiding tot thuisdialyse, wat betekent dat je thuis een apparaat krijgt en de behandeling zelf kunt uitvoeren. De opleiding behelst onder meer dat je een naald in een van de slagaders en een naald in de ader moet zetten om de aan en afvoer naar de kunstnier te regelen, de hemodialyse. Dat was toen ter tijd de enige manier om in leven te blijven. Je mocht niet ouder dan 50 jaar zijn en moest verder ook redelijk gezond zijn.”

NIJKERK – Op 17 november 1982 heeft Cees Motshagen (nu 52 jaar) uit Nijkerk een nier afgestaan aan zijn zuster Jannie Vroon-Motshagen (nu 57 jaar). In een editie van de Stad Nijkerk van eind 1982 heeft er een artikel met foto over in de krant gestaan. We zijn nu 25 jaar verder en het gaat met broer en zus nog steeds uitstekend! Tijd voor een terugblik. Door Gerrit Steen

“Dialyse is ingrijpend in je leven. Het betekent het inleveren van vrijheid. Je organiseert je leven helemaal rond de dialyse, twee dagen van zeven uur per week. Dialyseren kost heel veel tijd en energie. Je hebt een dieet en je mag maar heel weinig drinken. Dat heb ik acht jaar volgehouden. In die tussentijd hadden mijn ouders al een nier willen afstaan, maar de bloedgroepen klopten niet en ze waren ook wat te oud. Verder wilde ik eigenlijk nog niet, ook niet toen Cees een nier aanbood. Er was in die tijd nogal wat tegenstand tegen transplantaties omdat de resultaten toen nog niet zo bevredigend waren. Toen de artsen zeiden dat er op termijn toch wat problemen konden ontstaan heb ik Cees gevraagd of zijn eerdere aanbod van transplantatie nog steeds van kracht was. En dat was gelukkig zo! De bloedgroepen waren gelijk en ook de weefseltypering. Ze konden niet alles onderzoeken, maar 90 procent was identiek. Men ging ervan uit dat ook de laatste 10 procent dan ook wel identiek was.”

Transplantatie

“We zijn allebei onder narcose geweest. Cees was na afloop heel ziek en lag helemaal onder zijl. Ik was gelijk al goed te pas en had gelijk wat kleur. Een nier erin zetten is lastiger dan een nier eruit halen. Ze hebben bij mij ook nog een stukje ader uit mijn been gehaald en die gebruikt om de nier goed te kunnen bevestigen. Het was een feest toen ik voor de eerste keer kon plassen, want dat had ik de laatste 10 jaar niet meer gedaan. De operatie ging verder goed, alleen kreeg Cees een wondinfectie, die nog 6 weken duurde. Het belangrijkste is dat de kwaliteit van leven na de transplantatie veel beter is, je kunt alles weer. Elk half jaar word ik nu gecontroleerd en wordt alles onderzocht. Mijn conditie is een stuk beter. Ik krijg wel huidproblemen, aangezien die slechter wordt door de medicijnen en de zon én ik heb gauw een infectie te pakken omdat je toch vatbaarder bent. Maar je moet niet kijken wat je niet kunt, maar wat je wel kunt!”

Cees is in totaal een week of acht thuis geweest. De eerste dagen was hij slecht aanspreekbaar, aangezien hij toen veel pijn had. Behalve de wondinfectie heeft verder geen hinder van de transplantatie ondervonden. Cees: “Ik kom nu af en toe bij de dokter voor de cholesterolcontrole en dan kijkt hij ook de rest na. Ik ben na de ingreep weer vrij vlot gaan korfballen, ik speelde eerst in het eerste team, maar dat heb ik na de operatie niet meer gehaald. Ik kreeg een andere trainer, die het niet meer zo zag zitten in me en daarna heb ik met heel veel plezier in andere teams gespeeld. Maar eigenlijk heb ik er helemaal geen last van gehad, in het verleden niet en nu ook niet. Alleen die infectie was een probleem. Korfballen doe ik niet meer maar tennis nu.”

25 jaar

Jannie: “Ieder jaar vieren we en iedere 5 jaar doen we wat extra’s. Een theater, wat eten of iets dergelijks. En nu het 25 jaar goed is gegaan vonden we het tijd voor een mooie viering, en dat was een weekend Barcelona. De 16e zijn we vertrokken en de 18e weer terug. De eerste prognose voor de nier was 15 jaar, nu zit hij er al 25 jaar. Er is iemand die al 40 jaar een nier heeft, we hopen het nog lang vol te houden. Het aantal behandelingen voor nieren is enorm toegenomen, daarom is er ook zo’n grote behoefte aan nieren. De vereniging van nierpatiënten is heel actief om de wet te laten veranderen, iedereen is donor, tenzij je een codicil hebt dat je geen donor wil zijn. Natuurlijk geldt dat ook voor andere organen. Het is toch mooi als je een ander gelukkig kunt maken?”

Lief zijn voor elkaar

Broer en zus doen een oproep aan iedereen om ook lief voor elkaar te zijn: hoe mooi is het niet als je een ander gelukkig kunt maken met weefsel of een orgaan van jezelf, ook al is het na je dood en kun je dat zelf niet meer meemaken. Laten we toch vooral lief zijn voor elkaar

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie