Pissen, plassen of urineren? Symposium over taalbewuste school in Nijkerk

7 oktober 2011 om 00:00 Nieuws

NIJKERK - Taalverruwing: vloeken, schuttingtaal, vieze en lelijke woorden, scheldjargon en krachttermen. Daarover ging het symposium 'Taalbewuste School' van de Bond tegen het Vloeken, woensdag 5 oktober in het Corlaer College in Nijkerk.

Vloeken is niet alleen de naam van God misbruiken, zoals vroeger in bordjes in de bus stond, maar gaat veel verder dan dat. Grove taal is in feite de eerste fase van geweld. Vooral op scholen is dat merkbaar en daar wordt men steeds vaker en heftiger geconfronteerd met ruw gedrag. Scholen zijn bezig met veiligheid en respect en vragen dan de Bond tegen het Vloeken om een gastles. Drie gastdocenten van de bond geven per jaar ongeveer 800 gastlessen over respectvol taalgebruik op scholen.

Dit jaar is de Bond tegen het Vloeken precies tien jaar bezig op scholen. Scholen die taalbewust bezig zijn, komen in aanmerking voor een bordje 'Taalbewuste School'. Het honderdste bordje werd woensdag in Nijkerk overhandigd aan Gerard van Hoeven van de SG Gomarus in Gorinchem. Aansluitend werd er in het Corlaer College een symposium gehouden over de taalbewuste school onder leiding van Jan Hofman, locatieleider van Accent Praktijkonderwijs in Nijkerk.

Oud-vicepremier André Rouvoet (ChristenUnie) brak de spits af met de betekenis van woorden. 'Woorden zijn nooit onschuldig', zei hij, 'ze hebben altijd een betekenis en invloed en kunnen enorme schade toebrengen. Lang niet altijd kan die schade worden hersteld.' Rouvoet benadrukte het voorleven van zorgvuldig taalgebruik. Daar hoort volgens hem ook bij dat je elkaar positief benadert. 'Zorg ervoor dat woorden niet leeg terugkomen.'

Spreker Nico van der Voet, theoloog en in dagelijks leven docent aan de Christelijke Hogeschool Ede, constateerde in zijn lezing dat grof taalgebruik is aangeleerd en dat grof taalgebruik een keus is. Hij onderscheidt drie niveaus: dat van 'pissen' (straattaal), 'plassen' (algemeen beschaafd Nederlands) en 'urineren' (deftig milieu). Taal heeft te maken met socialisatie en opvoeding, aldus Van der Voet. Leerlingen nemen het taal van de omgeving over, kopiëren van hun omgeving en passen zich aan de groep aan. 'Grove taal is om bij de groep te horen, taboes te doorbreken, te choqueren en om persoonlijke frustratie te uiten. Maar in alles geldt: grove taal bezigen is een kwestie van keuze en daarin kun je mensen motiveren om het anders te doen. Grove taal past bij elke tijd en komt in elke tijd voor, onze tijd is ik-gericht. Mensen vinden dat ze moeten kunnen zeggen wat ze zelf willen. Als grove taal wordt getolereerd, dan staat dat min of meer gelijk aan aanmoedigen.' Maar, vond Van der Voet, je kunt grove taal wel afleren: door bewustwording.

Psychologe Fina van de Pol-Drent, onder meer bekend vanwege haar medewerking aan het voormalige tv-programma 'Schatjes', zei dat grof taalgebruik alleen is af te leren als je het in een relatie te berde brengt. 'Pas dan heeft corrigeren daadwerkelijk zin. Straffen helpt niet, maar aandacht voor de goede relatie en dus acceptatie: 'Ik heb moeite met je vloeken, maar ik wil toch graag contact met je hebben.' De succesformule is volgens Van de Pol werken aan motivatie bij de ander om het vloeken zelf af te leren.

Aan het slot van het symposium werd tijdens een paneldiscussie een intrigerende vraag gesteld. 'Ik hoor steeds minder Godgerelateerde vloeken en, onder jongeren, steeds vaker seks- en ziektegerelateerde vloeken', merkte Trouw-columniste en etiquettedeskundige Beatrijs Ritsema op. Enkelen in de zaal zeiden dat ze daar weinig van merkten.

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie